
Beaujolais – meer dan alleen Nouveau
Door Isabel Ruesen, Inkoop & Registervinoloog
Wie Beaujolais zegt, zegt Beaujolais Nouveau. Tenminste, zo denken veel mensen er nog steeds over. Die derde donderdag van november waarop de eerste flessen van het nieuwe oogstjaar met veel tamtam worden ontkurkt, heeft de naam van de streek groot gemaakt. Maar het is ook een fenomeen dat zijn eigen schaduw heeft geworpen: te vaak wordt Beaujolais nog geassocieerd met simpel, fruitig, goedkoop rood. Zonde, want achter die façade schuilt een regio die ongelooflijk veel te bieden heeft.
Tijdens mijn bezoek aan de Beaujolais in april 2025 werd het me weer glashelder. Hier werken producenten met Gamay-druiven van oude stokken, met unieke bodemtypes en een bijna Bourgondische toewijding aan terroir. De wijnen zijn allesbehalve simpel: ze zijn verfijnd, gastronomisch en gemaakt met een precisie die menig ‘grote’ wijnstreek jaloers maakt. Ze zijn misschien niet spotgoedkoop, maar absoluut het ontdekken waard. Beaujolais is een streek om (opnieuw) te ontdekken.
Met een gehuurde e-bike vertrok ik richting Morgon, waar het wijnhuis van Daniel Bouland zich bevindt. Als sportieveling dacht ik het eerst nog met een normale fiets af te kunnen, maar de Beaujolais kent gemene klimmetjes! Terwijl de zon uitbundig scheen, fietste ik tussen de wijngaarden door. Het werd al snel duidelijk welke percelen de meeste zon vingen: daar waren de stokken al verder uitgelopen. Ook was het verschil tussen biologisch en niet-biologisch verbouwde wijngaarden duidelijk te zien. De gamay-wijnstok wordt in de Beaujolais “en gobelet” gesnoeid: als een compact struikje, dicht bij de grond, met korte armen die samen een soort kelk vormen. Het zijn kleine, donkere silhouetten, die als een soort zwarte wormpjes uit de grond kronkelen. In de conventioneel onderhouden wijngaarden, waar geen enkel grassprietje of bloemetje uit de lichte granieten bodem groeit, vormen de wijnstokken een bijna surrealistisch beeld. De biologisch verbouwde wijngaarden zagen er, met hun gras en bloemetjes, een stuk levendiger uit.
Het was even zoeken naar het wijnhuis van Daniel Bouland – we stonden bij zijn kantoor, maar moesten even verderop in het dorp bij zijn kelder zijn. Gelukkig kwam de verlegen Monsieur Bouland ons de weg wijzen. We namen plaats aan een lange tafel in de koele wijnkelder, onder een afbeelding van de Alpen – Daniel’s grootste hobby blijkt skiën te zijn. Het grootste deel van zijn tijd brengt hij echter door in de wijngaard. Hij werkt met oude gamay-stokken, veelal geplant op bodems rijk aan zand en kiezels. Enkele van zijn Vieilles Vignes laat hij op hout rijpen, maar hij laat vooral het terroir spreken in zijn wijnen. Door zijn minimalistische en natuurlijke werkwijze zijn de wijnen puur, klassiek en gericht op structuur en lengte. De timide man fulmineerde even op de INAO, dat nu weer bedacht heeft dat de climats niet meer op de etiketten mogen worden vermeld. Vervolgens liet hij ons trots de nieuwe jaargang 2024 naast de courante 2023 proeven. We begonnen met de Beaujolais Blanc, waarvan de chardonnay-stokken op en klei-kalkbodem staan aangeplant. Ook deze wijn rijpt niet op hout: “c’est le terroir qui parle”. Daarna volgden de verschillende Morgons, de Chiroubles en de Côtes de Brouilly. De wijnen toonden zich over het algemeen verfijnd en elegant, met veel fruit en een goede structuur. De Corcelettes laat maar weer eens zien hoe krachtig Morgon kan zijn.


Moulin-à-Vent: kracht, elegantie en bewaarpotentieel.
De volgende dag vertrok ik naar Château du Moulin-à-Vent in Moulin-à-Vent: een appellatie die wat ons betreft volop in de schijnwerpers mag. Hier wordt Gamay op graniet en klei tot grote hoogte gebracht. De wijnen zijn doorgaans de meest gestructureerde van de regio, met structuur, lengte en een bewaarpotentieel van tien jaar of meer. Eigenaar Edouard Parinet was helaas niet in het land, maar ik werd warm welkom geheten door Emilien Rougegrez, die ik eerder in Nederland al eens had ontmoet. Hij nam me mee naar de biologisch verbouwde wijngaarden rondom het Château, waarin duidelijk biodiversiteit te vinden was. De paardenbloemen vormden een idyllisch plaatje tussen de wijnstokken.
We gingen binnen verder met een proeverij. Château du Moulin-à-Vent werkt terroirgericht met percelen in onder andere Les Thorins, La Rochelle, Champ de Cour en Les Vérillats. De wijnen hebben echt bewaarpotentieel. We proefden hier dan ook, in tegenstelling tot bij Daniel Bouland, niet jaargang 2024 maar de huidige jaargang 2022. De wijnen waren stuk voor stuk pareltjes en hadden veel finesse. De Couvent des Thorins had duidelijk witte peper in de neus, een kenmerk dat jaargang 2022 typeert. Het was bijzonder om de cuvées naast elkaar te proeven en zo dus kennis te maken met de verschillende terroirs van Moulin-à-Vent: het vorstgevoelige Champ de Cour (mijn favoriet) met zijn bodem met graniet en klei was elegant, luchtig en spicy. Les Vérillats, met een ijzerhoudende bodem, was expressief en krachtig, met meer vlezigheid, drop en specerijen. Tot slot het beste terroir van Moulin-à-Vent: La Rochelle. Zeer krachtig en indrukwekkend – wat een bewaarpotentieel.
Na de rode Beaujolaiswijnen gingen we verder met wit van Roc des Boutires, een wijnhuis in de Mâconnais dat ook eigendom is van de familie Parinet. Van dit huis proefde ik jaargang 2023, waaronder de elegante Bourgogne Blanc en verschillende Pouilly-Fuissé’s. Elke cuvée had een mooie spanning tussen zuurgraad, ziltigheid en rijkdom. De Premier Cru Aux Bouthières krijgt afhankelijk van de jaargang batonnage. In 2023 was dit het geval, wat leidde tot een rijke Pouilly-Fuissé met rijp wit fruit en een boterig randje. Wederom zeer terroirgedreven wijnen, die het ook zeer goed deden bij de picknick die we vervolgens hielden bij de La Madone in Fleurie. Ik kan me geen betere plek bedenken om de trip af te sluiten. Met een glas in de hand genoot ik nog eens in stilte na van het glooiende landschap waarvan de wijnstokken zich klaarmaakten voor jaargang 2025.


De Beaujolais is zoveel meer dan zijn Nouveau-imago. Hier, tussen graniet en Gamay, werken gepassioneerde wijnmakers aan wijnen met karakter en diepte – wijnen die het verdienen om opnieuw ontdekt te worden.